Verbinden met vrouwelijke energie

Galmend verbinden met je vrouwelijke energie

Fantastisch! Er is me gevraagd een workshop ‘Verbinden met vrouwelijke energie’ te geven aan een groep vrouwelijke hulpverleners.

Misschien denk je: ‘Vrouwelijke hulpverleners zijn toch vast en zeker al verbonden met hun vrouwelijke energie?!’
Misschien, ik ga het horen. Maar klaarblijkelijk is er de wens dit op een dieper vlak te onderzoeken.
Mijn ervaring: Velen van ons dénken dat we verbonden zijn met onze vrouwelijke energie, maar wanneer ik luister naar al die lichamen en stemmen, dan klinken we toch vaak ‘mannelijk’.
En wat is dat dan? Mannelijk klinken? Ik zal proberen het te beschrijven, maar kan het natuurlijk, juist, veel beter verhelderen door te werken met lichaam en stem. Evengoed. Een (vrij mannelijke) poging.
Mannelijke energie is naar buiten gericht, op de ander. Mannelijke energie is een gevende, uitreikende energie.
Mannelijke energie is kordaat, sturend, richting gevend.
Mannelijke energie is gericht op vorm, structuur.
Mannelijke energie is doelgericht, standvastig.
Mannelijke energie is actief.
…..
En soms, nee, vaak, proberen we op deze mannelijke manier te verbinden met onze vrouwelijke energie. Doelgericht, sturend, actief.
Dit is de belangrijkste zin van dit verhaal. Dus nog eens:
Vaak proberen we op deze mannelijke manier te verbinden met onze vrouwelijke energie.
En dat gaat dus NOOIT lukken.
Pffff.
Het is als op een uitademing (‘mannelijk’) proberen in te ademen (‘vrouwelijk’).
In zo’n workshop, in mijn werk, in mijn dagelijkse leven, in mijzelf, draai ik liever de volgorde om.
Ik adem in, voor ik uitadem.
‘Ja, duh’, hoor ik je denken. ‘dat doet iedereen! Wat een wadiwadiwauwel’.
Ik hebt ontdekt dat velen van ons op de inademing onbewust toch al, in het hoofd, bezig zijn met de uitademing, met dat wat komen gaat, dat wat gaat klinken, dat wat nodig is, dat wat gezegd gaat worden, en hoe. En dat we, heus, proberen (mannelijk) te luisteren, te ervaren, te bezinnen, te voelen (vrouwelijk), maar dat dat luisteren al snel gekleurd is. Door ons weten, onze haast, onze gedachte van aanvoelen dat vaker toch invullen is.
De kwaliteit van de leegte vóór de inademing en de inademing zelf bepaalt de kwaliteit van de uitademing. Dit is de lange route van luisteren.
De lange route van luisteren =
– ik stel het even voor als een beeld (vrouwelijk) –
Het stille water zijn, dat in beweging wordt gebracht door een ander, een situatie, een vraag, een uitstraling, …. En dan: waarnemen. Wat rimpelt er. In mij. Waar. Hoe voelt dat. Wat maakt dat wakker. In mij. Wat welt er op. En dat helemaal door me heen laten golven. Hoe lang dat ook duurt.
Soms is dat al genoeg. En golft de ander op een eigen golfje mee. Soms wil er dan nog iets gezegd worden, op de uitademing. Soms is dat een verhaal, of ook een beeld, een tekening. Spreken in deze taal doet een ander beroep op onze geest. En nodigt ook bij de ander de diepere route van luisteren uit.
Die diepere route van luisteren is een, door oefening, steeds verder uitstrekkend diep water. Hoe groter het water, hoe verder de rimpeling. De diepere route houdt fantastisch de hitte van het vuur van een uitademing in balans. Water en vuur. Inademing en uitademing. Vrouwelijk en dán mannelijk.
Dít gaat de wereld veranderen. En dan heb ik het niet over ‘vrouwen’, maar over ‘vrouwelijke energie’, die in vrouwen en mannen stromen wil.
Wie weet komt er ook een vraag van een mannelijke groep hulpverleners.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *